Mislukte ontsnapping van Oost- naar West-Berlijn
In 1970 mislukte een geplande ontsnapping van Oost naar West-Berlijn met behulp van een ontsnappingstunnel. De Stasi werd vooraf door een informant geïnformeerd over het tunnelbouwplan en verhinderde het project.

Nadat in 1952 de Duits-Duitse grenzen waren gesloten, werden de ontsnappingsmogelijkheden van Oost- naar West-Berlijn kleiner. De massale uittocht uit de DDR bleef niettemin een existentiële bedreiging voor het SED-regime. Om ook de ‘maas in de wet’ in Berlijn te dichten liet de SED op 13 augustus 1961 Berlijn de grens midden door deze stad en rond West-Berlijn sluiten met hekken, prikkeldraad en – vooral in de binnenstad van Berlijn – muren. Volgens de SED was het een ‘beschermende muur’ tegen de Westerse vijand, de facto een zwaarbewaakte barrière tegen de DDR-bevolking. Er werden scherpe schoten gelost op voortvluchtigen. Echter: elk dodelijk ongeval aan de Muur was voor de DDR, die zich tot het uiterste heeft ingespannen om internationale erkenning te krijgen, een tegenslag en aanzienlijke imagoschade zowel intern als extern. De focus van de Stasi lag dan ook op het zo vroeg mogelijk ontdekken van ontsnappingsplannen en het op voorhand dwarsbomen ervan. Daarnaast moest ze alle ‘incidenten’ aan de grens onderzoeken, ophelderen en zo geheim mogelijk houden.
Ongeacht de bouw van de Muur bleven mensen proberen om naar het Westen te komen – ook door ontsnappingstunnels. Dergelijke tunnels werden met grote logistieke inspanning gedreven, meestal vanuit huizen in West-Berlijn en eindigden in de kelders van huizen nabij de grens in Oost-Berlijn. De tunnelbouwers moesten in een periode van weken of maanden enorme hoeveelheden zand verwijderen en de tunnels veiligstellen door mijnbouw. Degenen die in de DDR wilden vluchten, werden in het geheim geïnformeerd en naar de tunnels gebracht.
Het is duidelijk dat de staatsveiligheid dergelijke ontsnappingsmanoeuvres probeerde te dwarsbomen. Toen ze in het voorjaar van 1970 hoorden van een ‘Sardinische’ informant dat er een tunnel werd gebouwd in de buurt van de Schönholzer Strasse naar de Bernauer Strasse in West-Berlijn, probeerde de Stasi de exacte loop van de ontsnappingstunnel te achterhalen. Ze had verschillende kelderruimtes bezet door grenswachten en diepe geluiden in de grond opgenomen met een sondesysteem. In de nacht van 2 mei werden zelfs merkbaar harde geluiden opgemerkt in de Schönholzer Strasse in Oost-Berlijn tussen huisnummers 18 en 22. De tunnelbouwers – zes mannen uit West-Berlijn die hun familieleden naar hen toe wilden halen – hadden geen idee dat de Stasi hun vizier al op hun project had gezet.

Met tips van de ‘Sardinische’ informant, het gebruik van andere onofficiële werknemers en systematische ‘postcontroles’ slaagde de staatsveiligheid erin de groep tunnelbouwers en hun familieleden steeds meer te verkleinen. Deze werden op hun beurt achterdochtig, stelden de geplande ontsnappingsactie uit en gaven de tunnel op. Als gevolg hiervan viel de groep steeds meer uiteen door wantrouwen, stapte men uiteindelijk over naar de Stasi en gaven enkele Oost-Berlijnse leden zich aan bij de geheime politie. Voor het ene koppel eindigde de poging om samen te komen door te vluchten echter jaren later gelukkig op een andere route: op de transitroute.