Hamsteren in Roemenië is vergelijkbaar met hamsteren tijdens lockdown

Mira Feticu ziet overeenkomsten tussen de quarantaine ten tijde van de coronacrisis en haar leven in dictatoriaal Roemenië. Hoe hield ze zich staande onder het bewind van Ceaușescu?

‘Feiten die een nadelig effect hebben op de bevoorrading van de bevolking worden bestraft met gevangenisstraf van zes maanden tot vijf jaar.’ Zo luidde een decreet van dictator Ceaușescu in de jaren tachtig. Een feit dat nadrukkelijk werd genoemd: ‘het kopen en opslaan in hoeveelheden die de gezinsconsumptiebehoeften overschrijden’, iets wat we nu ‘hamsteren’ zouden noemen. Als je op hamsteren werd betrapt, kon je in het Roemenië van Ceaușescu straf tegemoet zien. Ceaușescu had namelijk besloten dat een Roemeen jaarlijks niet meer dan 39 kilo vlees, 78 liter melk en 166 kilo groente nodig had. En vier personen mochten samen niet meer dan twee broden per dag kopen.

Dus wat we vandaag de dag ‘hamsteren’ noemen, was in het Roemenië van de jaren tachtig een sisyfusstrijd om te overleven. Mensen met nostalgie naar de communistische tijd (‘vroeger was alles beter’) zeggen vaak dat er toen niemand van honger is doodgegaan. Maar gemakshalve vergeten ze dat heel het volk een soort circusdier was geworden, getraind om te overleven. Met de dictator als dompteur. Want we leefden om in rijen te staan, zelfs als we niet wisten wat we na twee uur in de rij zouden krijgen: melk of eieren of spijkers. Bijna alle Roemeense kinderen van mijn generatie (en de generatie daarvoor) zijn als het ware opgegroeid in de communistische rijen: vader ging om vier uur ‘s ochtends in de rij staan en om zeven uur, wanneer hij naar zijn werk moest, kwam moeder hem aflossen. En vanaf mijn zevende wisselde ik vervolgens voor enen van plek met mijn moeder. Wat we zouden krijgen was nooit duidelijk.

Geef een reactie