Stukje overgebleven Berlijnse Muur in Pankow is gesloopt

Het is een bitterzoet moment voor Manfred Wichmann. De curator van de Stiftung Berliner Mauer nodigt de pers morgen uit in Pankow. Daar wil hij publiekelijk aankondigen dat onlangs een overblijfsel van de Berlijnse Muur is vermeld. Het is ongeveer tien meter van de achterlandmuur op de hoek van Maximilianstrasse en Dolomitenstrasse. “Ik hoop dat we hiermee aandacht blijven behouden voor het stuk overgebleven Muur”, zegt Wichmann. “We weten vanwege foto’s en gesprekken met mensen die er woonden natuurlijk hoe het er vroeger uitzag.”

De muurstomp was tot een paar weken geleden zes keer zo lang – het was een van de grootste aangrenzende originele delen van de Berlijnse muur. Desalniettemin waren de Berlijnse natuurbeschermers erbij geweest en keken ze toe terwijl historici waarschuwden dat het bijna volledig werd afgebroken.

Het stuk maakte deel uit van de achtermuur van de DDR, die oorspronkelijk enkele honderden meters langs de Berlijn-Stettin-spoorlijn liep. Ongeveer 60 meter ervan overleefde de decennia verborgen op de spoordijk in Pankow – tot dit voorjaar. Het stuk grond is eigendom van een coöperatie die van plan is hier nieuwe appartementen te bouwen en heeft onlangs het gebied volledig ontruimd. Ze verwees naar een geldige bouwvergunning, ze was zich niet bewust van het belang van het muurdeel. De afgebroken delen van de Muur zijn inmiddels vernield en op het afval geland.

De gerenommeerde historicus Bert Hoppe bekritiseert dat dit een verzuim is van de natuurbeschermers. Hij woont in de buurt en had in februari de Bezirks en het Landesdenkmalamt (LDA) gewaarschuwd. Destijds begon het kappen van bomen “en het was te voorzien dat de achterwand daar gevaar liep door een bouwproject”. De LDA had hem echter laten weten dat er geen bewijs was dat het eigenlijk een stuk van de Berlijnse Muur was. Helemaal onbegrijpelijk voor Hoppe: De LDA heeft de sectie zelf op een website vermeld met de documentatie van alle resterende sporen van de muur. “Maar de locatie werd op tijd gesloten door de LDA voor de 30ste verjaardag van de val van de Berlijnse Muur.”

De Stiftung Berliner Mauer presenteerde dit deel samen met het DDR Museum afgelopen herfst ook aan het publiek ter gelegenheid van de val van de Berlijnse Muur en benadrukte het belang ervan. Dat was uiteraard ijdel. De gedeeltelijke sloop was “een aanzienlijk verlies van originele muurresten”, betreurde Wichmann.

Té vaak wordt de Berlijnse muur alleen gelijkgesteld met de beschilderde betonnen elementen die vanaf de westkant een miljoen keer zijn gefotografeerd, zegt Wichmann. Historisch gezien was de verborgen 3.40 meter hoge achterlandmuur midden in de woonwijk Pankow een bijzonder belangrijk relikwie. “Het stuk was onderdeel van de zogenaamde schortbescherming van de grenspatrouille”, zegt Wichmann. “Het toonde – als een stenen getuigenis – aan hoe diep het grensregime van de DDR het dagelijkse leven van de mensen in Oost-Berlijn heeft verstoord.”

Volgens Wichmann was de Dolomietweg daar een klassiek voorbeeld van. “Het was een van de laatste plekken in Berlijn waar deze grensbeveiliging nog voor de leek herkenbaar was. Het is dan ook jammer dat het merendeel inmiddels is verdwenen. ”De overige tien meter zijn immers heel goed zichtbaar vanaf de straat”. Ironisch genoeg houdt het feit dat de rest van de Muur nog steeds overeind staat in verband met het huidige verloop van de grens: het bevindt zich op een ander terrein dat eigendom is van de Deutsche Bahn.

Volgens Wichmann bestaat er nog ongeveer 2.000 tot 2.500 meter originele Muur in Berlijn – afhankelijk van of je bijvoorbeeld metalen hekken opneemt. De grote delen van de East Side Gallery, Niederkirchnerstraße en Bernauer Straße vormen meer dan viervijfde van hen. Blijf dus iets minder dan 500 meter in de rest van de stad. “Ze verdwijnen steeds meer”, betreurt Wichmann. “Ook omdat ze meestal niet op een lijst staan.”

Samen met de monumentenbeschermingsautoriteiten heeft men de Pankower-zaak nu erkend met het feit dat er een gebrek aan informatie is, legt Wichmann uit. “Hier moeten we wat herwerken, de politiek, het cultuurbestuur en het rijksmonumentenbureau moeten hand in hand gaan.” Om verdere nacht- en mistvernielingen te voorkomen, moet in de eerste stap een publiek toegankelijke muurresten database worden opgebouwd. Wichmann: “Iedereen moet vanaf de monumentenbescherming tot aan de bewoners kunnen kijken om te zien waar er nog restanten van de Muur zijn – zodat er niet meer gesloopt wordt.”

Geef een antwoord